ACHTERVELD - HET LEVEN VAN DE EERSTE HUISARTS - DEEL 1/2
Dokter M.R. Braun

M.R. Braun huisarts van 1934 tot 1969 in Achterveld en Hamersveld.
In 1934 krijgt Achterveld zijn eerste huisarts. Voor die tijd kwamen huisartsen uit Amersfoort en Barneveld. Zij hielden een of twee keer per week spreekuur op verschillende plaatsen in het dorp. Maar bij spoedeisende hulp duurde het vaak te lang voor er een arts aanwezig was.
Pastoor Rentinck en ook B. van Bergen onderwijzer aan de Sint Jozefschool waren al een aantal jaren bezig met het zoeken van een ervaren huisarts, die zich zou willen vestigen in het dorp. Men was dus erg blij, dat dokter Braun, een arts met 5 jaar ervaring, zich wilde vestigen in Achterveld.
M.R. [Marius] Braun was 35 jaar huisarts van 1934 tot 1969 in Achterveld en omgeving. Wie was deze man die niet alleen medicus maar ook vertrouwensman was en in het leven van vele mensen een belangrijke rol heeft gespeeld. Waar kwam hij vandaan en wie waren zijn voorouders? De overgrootvader van Marius Braun, Franz Anton Braun, komt uit Brilon (Westfalen Duitsland) en startte daar zijn bedrijf. De familie Braun kwam dus van oorsprong uit Duitsland.


Marius Robert Braun is op 11 januari 1903 geboren in Soerabaja [Ned. Indië]. Zijn vader Antonius Robertus Hendrikus Braun [Harry] was getrouwd met Marie van der Kruk. Uit dit huwelijk zijn 3 kinderen geboren:
- Doodgeboren kind op 8 juli 1900 te Ambarawa [Midden Java]
- Marius Robert [Marius] op 11 januari 1903 te Soerabaja [West Java]
- Robert Johannes Clement [Rob] op 13 October 1904 te Ambarawa [ Midden Java]
Zijn vader, A.R. Braun officier in het K.N.I.L., was bij zijn geboorte gelegerd in Soerabaja [Oost Java]. In 1905 is hij weer overgeplaatst naar Ambarawa.


Hij heeft daar in Ambawara de eerste jaren van zijn jeugd doorgebracht. Zijn vader A.R.H. [Harry] Braun is geboren te Maastricht op 22 januari 1873 en overleden te Warnsveld op 10 december 1943. Hij tekent op 18 jarige leeftijd voor de duur van 6 jaar bij het Nederlandse leger. Al snel wordt hij bevorderd via Korporaal tot Sergeant en tekent een half jaar voor zijn contract eindigt voor het KNIL [Koninklijk Nederlands Indisch Leger]. In 1896 wordt hij voor zijn vertrek in 1897 naar Nederlands Indië, bevorderd tot 2e Luitenant. Zijn eerste standplaats is Batavia. Eind 1898 wordt hij belast met de administratie van het Hospitaal in Ambarawa [midden Java]. In 1899 trouwt hij daar met Marie van der Kruk. In 1901 wordt hij bevorderd tot 1e Luitenant. Bij de geboorte van zijn zoon Marius in 1903 is zijn functie hoofd Intendant in Soerabaja. In 1905 wordt hij weer overgeplaatst naar Ambawara. Daar wordt zijn zoon Rob geboren. Hij gaat van daaruit ook mee met een expeditie in Zuid-Celebes. Later ontvangt hij hiervoor het ereteken voor belangrijke krijgsverrichtingen.


A.R.H. BRAUN 1901-02

In 1907 vertrekt hij met zijn gezin naar Nederland voor een 3 jarige cursus Intendance aan de Hogere Krijgsschool in Breda. Hierna volgt zijn bevordering tot Kapitein Kwartiermeester in 1910.
Weer terug [1910] wordt hij belast met het toezicht op de werk- en bewaarplaatsen in Ambarawa, Tjimahi en Bandoeng. In 1916 raakt hij wederom betrokken bij “Krijgsverrichtingen” in de Residentie Palembang en Djambi. In 1918 wordt hij Groot Majoor en overgeplaatst naar Soerabaja. Hij wordt daar benoemd tot gewestelijk intendant. Het gezin verhuist ook nu weer mee. Wegens langdurige dienst krijgt hij in 1921 verlof. In 1922 is hij weer terug in Batavia en wordt gelijk bevorderd tot Luitenant Kolonel. Zijn functie is nu “Gewestelijk Intendant van de 2e Koloniale afdeling op Java”.In 1924 gaat hij na 33 jaren effectieve dienst met pensioen. Het grootste gedeelte van zijn dienstjaren heeft hij als intendance officier gewerkt. De zorg voor voeding, kleding en huisvesting van de troepen.
In 1931 vertrekt hij voorgoed naar Nederland. In 1943 is hij overleden in Warnsveld [Gelderland]. De echtgenote van A.R.H. [Harry] Braun is, Marie van der Kruk. Zij is een dochter van Johannes Adrianus [Jan] van der Kruk, geboren in 1837, overleden in 1876, en Marguerite Christina Henriette Ruempol, geboren in Gorssel 1840, overleden Oengaran [Nederlands Indië] in 1900.
Jan van der Kruk was kapitein der Artillerie in het KNIL. Hij sneuvelt in 1876 in Atjeh, 39 jaar oud. Hij is onderscheiden met de “Ridder Militaire Willemsorde 4e klasse”. De vader van Jan, Johannes van der Kruk was Sergeant-Majoor in het Nederlandse leger en heeft o.a. voor zijn deelname aan de “Tiendaagse Veldtocht” in 1831 het “Metalen Kruis 1830-1831” ontvangen.De echtgenote van Jan [Johannes Adrianus] van der Kruk was Marguerita Ruempol. Zij was een dochter van Rutgerus Hendrikus Ruempol, chirurgijn-majoor in het KNIL.

[1837-1876]




Robert Braun was wijnkoper, geboren te Brilon [Duitsland] en getrouwd met Clemence Marie Catherina Peltzer, geboren in Maastricht [1832-1921]. Marius en zijn broer Robert groeiden dus op in een militaire sfeer in Nederlands Indië. Het is dan ook niet zo vreemd dat Marius gaat studeren voor een functie als militaire arts in het KNIL.
Voor het zover was doorliep hij de lagere school en HBS in Soerabaja. Het eind examen HBS heeft hij in 1922 in Maastricht afgelegd. Over zijn jeugd in Nederlands Indië is weinig bewaard gebleven. Bekend uit die periode is wel zijn lidmaatschap van de padvinderij [Scouting]. De scouting is opgericht in 1907 door een Britse beroepsofficier Robert Stephenson Smyth Baden-Powell in 1907. In 1910 zijn de eerste groepen in Nederland opgericht en even later ook in Nederlands Indië. Marius is lid geweest van padvinderij van 1916 toto 1921 in Soerabaja. Tijdens zijn HBS tijd in 1922 in Maastricht was hij ook lid van de plaatselijke padvinderij.






Na zijn HBS gaat hij studeren voor arts aan de universiteit van Amsterdam. In juni 1929 slaagt hij voor zijn arts examen.
Na zijn studie meldt hij zich als arts bij het KNIL. Hij wordt arts officier in de rang van 1e Luitenant. Tijdens zijn studie aan de universiteit in Amsterdam ontmoet hij bij familie bezoeken Marie-Antoinette J.A.H. Germain. Na een jarenlange correspondentie trouwen zij in Brussel in op 1 augustus 1929. Zij gaan met het schip “Christiaan Huygens” van Amsterdam naar Batavia. Hij wordt tijdelijk als arts gelegerd op Sumatra en loopt daar tuberculose op. Hij keert met zijn inmiddels zwangere vrouw terug naar Europa om in Zwitserland [Montana] te kuren. In Zwitserland wordt hun eerst dochter Roberte, Marie/ Therèse [Robbie] op 24 augustus 1931 geboren.




Nadat hij genezen wordt verklaard wordt hij opnieuw gekeurd en tot zijn grote teleurstelling afgekeurd. Het gezondheidsrisico in Nederlands Indië vond men te groot. Zij moeten dus een nieuwe start gaan maken.
In Achterveld was pastoor G. Rentinck al een aantal jaren op zoek naar een huisarts voor het dorp Achterveld. Begin 1934 overleed de echtgenote van meester B. van Bergen bij de geboorte van hun eerste kind. Ook hij was actief bezig met het zoeken naar een huisarts voor het dorp. Een aantal huisartsen uit de omgeving hielden wel wekelijks spreekuur in café De Roskam of in het bejaardenhuis. Pastoor Rentinck en meester Van Bergen vonden dat echter onvoldoende. In een verslag in de Eembode van 30-03-1934 wordt melding gemaakt, dat tijdens de vergadering van de Kruisvereniging de nieuwe huisarts, dokter M.R. Braun, wordt voorgesteld.
Een eigen huisarts in Achterveld is dus een feit. In de Eembode van 1934 volgen advertenties.
Het gezin van Dr. Braun vestigt zich tijdelijk op de bovenverdieping van café De Roskam. Daar wordt in 1935 hun zoon Hubert Marius Henri [Hubert] Braun geboren. De eerste bevalling in Achterveld is op 2 mei 1934 van Aleida [Alie] Huppelschoten. Op zaterdag 13 april 1935 wordt melding in de Eembode gemaakt van de aanbesteding van een doktersvilla met praktijkruimte. In 1937 is de woning gereed.




Het gezin van Dr. Braun vestigt zich tijdelijk op de bovenverdieping van café De Roskam. Daar wordt in 1935 hun zoon Hubert Marius Henri [Hubert] Braun geboren. De eerste bevalling in Achterveld is op 2 mei 1934 van Aleida [Alie] Huppelschoten. Op zaterdag 13 april 1935 wordt melding in de Eembode gemaakt van de aanbesteding van een doktersvilla met praktijkruimte. In 1937 is de woning gereed.
In mei 1940 wordt voor de inval van de Duitse troepen het dorp Achterveld geëvacueerd. Ook het gezin van dokter Braun moet evacueren. Bij terugkomst, na de overgave van het Nederlandse leger, ontdekken zij dat er is ingebroken. Er zijn vernielingen en er is diefstal gepleegd.
In januari 1945 komt er een inkwartiering van het Duitse leger in Achterveld. De Grebbelinie wordt in staat van verdediging gebracht. De woning van dokter Braun wordt in zijn geheel gevorderd. Tijdens de bezetting was er een spertijd ingesteld die liep van 24 uur 's nachts tot 4 uur in de ochtend. Deze spertijd lag niet vast. Op elk willekeurig moment konden de spertijden worden aangepast. Aan het einde van de 2e W.O. was hij opnieuw aangepast. Als arts krijgt hij een Ausweis.


Het huis van Henk van Bekkum, ijzerwaren en huishoudelijke artikelen, aan de Jan van Arkelweg wordt vrij gemaakt voor dokter Braun. Henk van Bekkum en zijn gezin trekken in bij zijn broer Hermanus aan de Hessenweg. Er zijn tijdens de inkwartiering door de Duitsers geen vernielingen aangericht. Na de oorlog heeft de Duitse commandant nog een brief met excuses gestuurd voor het ongemak.
Op 4 juni 1942 wordt hun 3e kind Andrée Ernestine Marie Antoinette geboren.



In april 1945 staan de geallieerden voor de Grebbelinie en Achterveld ligt in niemandsland. Op 28 april beginnen de besprekingen over de voedselconferentie in de Sint Jozefschool. Dokter Braun heeft hier vanuit het huis van het hoofd van de school, A.P.G.M. Kerstens, foto’s gemaakt.


Vanaf de Kon. Julianaweg tot aan boerderij Groot Achterveld stond er geschut opgesteld richting Grebbelinie. Op 29 mei 1945 krijgt Dr. Braun toestemming om naar zijn gevorderde auto te zoeken op de dump en hij mag zich ook weer tijdens spertijd op straat bevinden voor het uitvoeren van zijn functie.





Klik hier om direct door te gaan naar DEEL 2